Wat is Low-Dose Naltrexon (LDN)?
Low-Dose Naltrexon (LDN) verwijst naar het gebruik van naltrexon in lage doseringen, meestal tussen de 1 en 5 mg per dag. Dit staat in contrast met de standaarddoses van 50 tot 100 mg die worden toegepast bij verslavingsbehandelingen (renewforyou.org, Wikipedia, PubMed).
In de jaren 80 werd LDN voor het eerst beschreven in een andere context door Dr. Bernard Bihari, die onderzoek deed naar het gebruik van lage doses naltrexon bij verschillende chronische aandoeningen (PMC).
Werkingsmechanismen volgens wetenschappelijke literatuur
1. Invloed op het endorfinesysteem
LDN blokkeert tijdelijk opioidreceptoren, wat in sommige dierstudies en in vitro-onderzoek leidt tot een terugslag-effect met verhoogde aanmaak van endorfines zoals met-enkephaline (OGF). Deze hypothese staat bekend als het “opioid growth factor”-mechanisme (painri.com, PMC).
2. Remming van microgliale activatie via TLR4
Onderzoek wijst op een effect van LDN op Toll-like receptor 4 (TLR4) in microglia, de immuuncellen in het centrale zenuwstelsel. Dit zou samenhangen met lagere concentraties van pro-inflammatoire cytokinen zoals TNF-α en IL-1β in preklinische modellen (PubMed, painri.com).
3. Immunomodulerende eigenschappen
Recente literatuur bespreekt LDN in de context van immuunregulatie. Zo zijn er studies waarin LDN betrokken wordt bij modulatie van Th1/Th2- en Th17-cellen (PMC, ResearchGate).
4. Epigenetische en mitochondriale effecten
Dierstudies en experimenten met C. elegans suggereren dat LDN invloed kan hebben op mitochondriale functies, celdeling, en zelfs telomeerlengte. Deze effecten zijn onderwerp van lopend onderzoek naar veroudering en metabole regulatie (Cell.com, PubMed, Google Patents).
5. Relatie tot het glutamaatsysteem
Er zijn aanwijzingen dat microgliale remming secundair invloed kan hebben op glutamaatregulatie. Aangezien glutamaat geassocieerd is met prikkelbaarheid en excitotoxiciteit, wordt dit mechanisme in sommige hypothesen betrokken bij cognitieve processen en pijnmodulatie.
Aanvullende supplementen: omega-3 & glutamine
Omega-3-vetzuren en glutamine worden in enkele protocollen samen met LDN toegepast. Omega-3 wordt bestudeerd in de context van ontstekingsremming en celmembraanintegriteit. Glutamine ondersteunt onder andere de darmbarrière en speelt een rol in glutamaatsynthese (renewforyou.org, ResearchGate).
Hoewel deze combinaties conceptueel worden besproken in de literatuur, is het klinisch bewijs hiervoor nog beperkt.
Klinische bevindingen in literatuur
Fibromyalgie: Een kleine RCT meldde vermindering van pijn en ontstekingsmarkers na acht weken gebruik van LDN (PubMed).
Multiple sclerose (MS): Kleine pilotstudies vermeldden verbetering in kwaliteit van leven en endorfinewaarden (PMC, Wikipedia).
Crohn’s-ziekte: Een aantal studies rapporteert hoge responspercentages in kleine patiëntengroepen, waaronder mucosale verbetering (PMC, Barr Center).
CRPS: Case reports bespreken mogelijke mitochondriale betrokkenheid en microgliale regulatie (Springer).
Dosering en gebruik volgens literatuur
LDN wordt doorgaans opgebouwd. Doseringen kunt u bespreken met uw arts. LDN wordt doorgaans in de avond voor het slapen genomen. Dit zou volgens sommige protocollen beter aansluiten op de endorfinecyclus (Patents, PubMed).
Voorzichtigheid en toekomstig onderzoek
LDN wordt nog grotendeels “off-label” gebruikt. Hoewel preklinische en kleinschalige klinische studies interessant zijn, is meer grootschalig, placebo-gecontroleerd onderzoek nodig om de werkzaamheid en veiligheid vast te stellen in bredere patiëntgroepen.